Op 20 april stond dus het collegevoorstel ter discussie, om een stap in het besluitvormingsproces terug te doen en een zestal locatiekeuzes voor een nieuw te bouwen sporthal, annex gymzaal, - alle gelegen in de wijk Overhees - voor te leggen aan de inwoners van die wijk. Zoals bekend heeft de Raad tijdens het vaststellen van het binnensportaccommodatiebeleid in juni vorig jaar de keuze reeds laten vallen op het terrein waar nu nog het Orlandogebouw staat, wel met als ‘veiligheidsklep’ de voorwaarde dat de businesscase voor deze locatie zou worden goedgekeurd; voor de bewoners van Overhees een reden om in verzet te komen. Maar ook de meeste van de overige, in het collegevoorstel genoemde locaties (waar overigens het Orlandogebouw ook weer gewoon bij zit!) kunnen op voorhand niet op een breed draagvlak rekenen. Tijdens deze raadsvergadering vormden de coalitiepartijen min of meer een gesloten front; men vond het al heel mooi en nobel van het College dat men dit gebaar had gemaakt en de fout van onvoldoende inspraakmogelijkheid had hersteld.

De oppositiefracties daarentegen waren, bij monde van GL-fractievoorzitter Rosan Coppes, van oordeel dat dit voorstel “een wassen neus” is. Er had breder en op andere plekken in Soest gekeken moeten worden naar de mogelijkheid voor de bouw van een sporthal, bijvoorbeeld op de plaats waar nu de sterk verouderde en verwaarloosde sporthal Beukendal staat. Een tweetal amendementen, die ook door onze fractie werden gesteund, beoogde dit doel te bereiken, maar hebben het niet gehaald. Het collegevoorstel is dan ook aangenomen.